
Met de juiste begeleiding kan werken met een weektaak de metacognitieve vaardigheden van leerlingen versterken. Wanneer leerlingen in staat zijn hun leerproces te sturen en de beschikbare tijd zo nuttig mogelijk te besteden, komt dit hun prestaties ten goede. Met een weektaak kunnen leerlingen zelfstandig en systematisch werken, en hun taken zelf plannen, prioriteren, controleren en evalueren. Ondersteuning van de leerkracht is hierbij cruciaal.
Metacognitie omvat alle kennis en vaardigheden die een mens in staat stelt om het eigen denken, handelen en leren te organiseren, te sturen en te controleren. Hoe sterker de metacognitieve vaardigheden van een leerling zijn ontwikkeld, hoe efficiënter het leerproces en hoe beter de prestaties.
Vrijheid
De weektaak komt oorspronkelijk uit het Daltononderwijs. Het heeft tot doel leerlingen te leren hun leerproces zelf te organiseren en te leren omgaan met uitgestelde aandacht. Het Daltononderwijs kent een duidelijke opbouw in de tijd die leerlingen aan hun taakwerk besteden, van een korte periode per dag in de onderbouw naar soms wel vier uur per dag in de bovenbouw. Gedurende deze uren hebben leerlingen de vrijheid om de volgorde en tijdsduur van hun taakwerk te plannen. De leerkracht geeft in die tijd kleine groepjes leerlingen aanvullende instructies en begeleiding.
Reguliere basisscholen geven op heel verschillende manieren invulling aan werken met een weektaak. Weektaken verschillen in het type opdrachten dat de leerlingen krijgen, de mate van vrijheid voor leerlingen om hun eigen tijd in te delen, en de sturing die de leerkracht geeft tijdens het zelfstandig werken.
De weektaak en metacognitieve vaardigheden
Werken met een weektaak is een manier om leerlingen meer de regie over hun leerproces te geven. Een dergelijke hoge mate van zelfsturend leren leidt tot hogere leerprestaties en hogere motivatie. Werken met een weektaak versterkt echter niet automatisch de metacognitieve vaardigheden van leerlingen. Daarvoor is expliciete instructie, en consequent en integratief modelleren nodig.
Expliciete instructie van metacognitieve vaardigheden
Bij een expliciete instructie benoemt de leerkracht allereerst dat hij een strategie gaat uitleggen en waarom hij die strategie nu behandelt. Vervolgens laat de leerkracht zien hoe de strategie werkt en somt hij de voordelen op. Modelleren, voordoen terwijl je uitlegt wat je doet, is bij het aanleren van strategieën zeer effectief. Leerlingen krijgen vervolgens de gelegenheid om de metacognitieve strategie of vaardigheid zelfstandig te beheersen. Aansluitend kan de leerling het aangeleerde systematisch en in veranderende omstandigheden inzetten.
Om leerlingen echt te laten groeien in zelfstandigheid moet ook de evaluatie een structureel onderdeel zijn van het cyclische proces. Zo leren leerlingen om terug te kijken op en na te denken over de vaardigheden die zij gedurende de week hebben gebruikt. De nadruk ligt op de vraag wat zij volgende keer beter kunnen doen.
Integratie in reguliere lessen
Metacognitieve instructie behoort geïntegreerd te zijn in de reguliere lessen. De leerkracht benoemt bij elke les de strategieën en geeft sturing die is gericht op het zelfstandig werken. Een leerkracht die steun en feedback geeft, stimuleert een snellere groei van metacognitieve vaardigheden. Naarmate de metacognitieve kennis en vaardigheden van leerlingen toenemen, kan de leerkracht zijn begeleiding langzaam afbouwen.
Het is aan te bevelen om leerlingen al op jonge leeftijd te laten oefenen met plannen en andere metacognitieve vaardigheden. De complexiteit van het kiezen en plannen kunnen vanaf de kleuterleeftijd langzaam worden opgebouwd. Hetzelfde geldt voor zelfstandig werken en uitgestelde aandacht.
Meer weten?
- Lees het volledige rapport opgesteld als antwoord op deze vraag, inclusief geraadpleegde bronnen.
- Onderzoek naar zelfsturend leren: iSelf vernieuwingsonderwijs.
Dit antwoord is tot stand gekomen met dank aan Marietje Beemsterboer (antwoordspecialist) en Lisette Uiterwijk (kennismakelaar Kennisrotonde).