Zijn linkshandige kleuters motorisch minder goed ontwikkeld dan rechtshandige kleuters? Zo ja, welke interventies bevorderen hun motorische ontwikkeling?

  • Gepubliceerd:

Verschillen in motorische ontwikkeling tussen links- en rechtshandige kinderen nemen in de loop der tijd vanzelf af of verdwijnen. Er zijn dan ook geen interventies nodig om specifiek de motorische ontwikkeling van linkshandige kleuters te bevorderen. Als het duidelijk is dat een kind linkshandig is, is het verstandig om linkshandig voor te doen en om begrip te tonen voor de moeite die het kind moet doen om de handelingen van rechtshandigen na te doen.

linkshandig

Geactualiseerd: 3 februari 2023 | Circa tien tot dertien procent van de mensen is linkshandig. Jonge kinderen hebben vaak nog geen handvoorkeur. Ze doen dan sommige taken met de ene hand en andere taken met de andere hand. Of ze doen de taken afwisselend met de linker- of de rechterhand.

Linkshandigheid komt onder jonge kinderen met een ontwikkelingsachterstand (waaronder motoriek) wat meer voor dan bij andere kinderen. Grootschalig onderzoek laat zien dat linkshandigen op verschillende ontwikkelingstests minder goed scoren dan rechtshandigen. De oog-handcoördinatie en de fijne motoriek van linkshandige vier- tot zesjarigen is minder ontwikkeld dan van rechtshandigen. Er zijn echter ook onderzoeken die laten zien dat linkshandigen zich juist beter ontwikkelen, met name als de handvoorkeur al aanwezig is voor de leeftijd van twee jaar. Met het ouder worden neemt het verband tussen linkshandigheid en ontwikkelingsachterstanden af of het verdwijnt geheel.

Leren door imiteren is moeilijker voor linkshandigen

Een verklaring voor het verschil in ontwikkeling tussen links- en rechtshandigen is dat kinderen leren door imiteren. Het merendeel van hun omgeving is rechtshandig en een linkshandige dient dan ook regelmatig een beweging van een rechtshandige te imiteren, denk aan het hanteren van bestek, veters strikken en tennissen. Het imiteren van een rechtshandige vraagt van een linkshandige om de beweging te spiegelen.

Het effect van imiteren zien we ook bij het schrijfonderwijs. Bij de start blijken linkshandige kinderen vaker te spiegelen dan rechtshandige kinderen: ze schrijven bijvoorbeeld een d in plaats van een b. Dit wordt veroorzaakt door het nabootsen van de beweging van een rechtshandige. Heeft een kind meer schrijfervaring en heeft het daarmee geleerd steeds aan de linker kant van het papier te starten, dan verdwijnt het verschil tussen links- en rechtshandige schrijvers.

Meer weten?

Lees het volledige rapport opgesteld als antwoord op deze vraag, inclusief geraadpleegde bronnen.

Dit antwoord is tot stand gekomen met dank aan Niek van den Berg en José Mulder (kennismakelaar Kennisrotonde). Geraadpleegde experts: Reint Geuze (klinisch en ontwikkelings-neuropsycholoog) en Anneloes Overvelde (kinderfysiotherapeut).


Ga je het antwoord gebruiken in het onderwijs?
Wat vind je van de leesbaarheid van het antwoord?

Privacyverklaring

Wij gaan zorgvuldig om met persoonsgegevens. Lees hierover meer in onze privacyverklaring.